Tatsoi groeit in een rosettevorm. Het is een snelle groeier, die al na een week of vier (volgroeid) geoogst kan worden, en vorstbestendig is (-10°). De vaak donkergroene bladeren hebben de vorm van een Aziatische lepel
Heel populair zijn de baby-tatsoi en de mini-tatsoi. Variëteiten zijn de Crimson en de Sangria, met ronde, donkerrode bladeren en de Tersus, een snelle groeier vooral gebruikt als spruitgroente.
Tatsoi is het hele jaar door verkrijgbaar. Wanneer de tatsoi bloemen heeft, is de plant gericht op vermeerdering, en smaken de bladeren bitterder, en zijn ook taaier, vooral de nerven zijn dat. Vermijd daarom bloeiende tatsoi.
Omdat tatsoi op de grond groeit, is het raadzaam de bladeren zorgvuldig te wassen.
De bladsteel van tatsoi is sappig, als van paksoi, en het blad is zacht. De bladeren worden van de kool gehaald om te bereieden, de kool wordt niet in zijn geheel gegeten. Vooral de jongere bladeren zijn uitstekend rauw te eten, in een salade te verwerken. Combineert goed met frisse smaken als appel, mint en venkel. De bloemknoppen zijn (wel) eetbaar.
Wanneer je het warm bereid, gedraagt tatsoi zich als spinazie, slinkt snel. De smaak is iets pittiger (het is tenslotte familie van de mosterd) dan die van spinazie. Combineert daarom goed met paddestoelen, zeewier, stoofvlees en Jacobsschelpen.
Bewaar bladkool ongesneden zeker een week in de groentenla of open plastic in de koelkast. Gesneden kool is kort houdbaar.
De naam tatsoi is uit het Chinees, een samenvoeging van plat (ta) en kool (choi).
Tatsoi is rijk aan Vitaminen (A, C en K) en mineralen, en is nitraatrijk. Het Voedingscentrum adviseert om niet vaker dan twee maal per week nitraatrijke groenten te eten. Zie informatieblad nitraat.
Vitamine C en antioxidanten kunnen de vorming van nitriet en nitrosamines in het lichaam gedeeltelijk remmen en eventuele schadelijke gevolgen van nitriet in het lichaam beperken.
Respecteer het copyright !