De vruchten groeien aan een kleine boom, die sprekend op de calamondin lijkt, een kruising van de kumquat en de mandarijn, en nauwelijks hoger dan 5 meter wordt. Een shiikuwasha-vrucht heeft een doorsnede van 2,5-3 cm, is 2 cm hoog en weegt tussen 25 en 60 gram. Het platte groene vruchtje van de shiikuwasha heeft een dikke schil en acht tot tien segmenten (partjes).
Er is een achttal variëteiten, die verschillen qua smaak en grootte, zoals de Izumi Kugani en de Ogimi Kugani (kunagi is de Okinawa-benaming voor de vrucht). Afhankelijk van de cultivar heeft de shiikuwasha zaden (pitjes) of niet, maximaal één per segment.
De onrijpe vrucht, bestemd om mee te koken, wordt in augustus en september geoogst, de rijpe vrucht - voor de bereiding van sap - van januari tot maart. Producten die van of met shiikuwasha zijn gemaakt, zijn shiikukwasha peper, olie, thee (Lipton) en sap.
De vrucht, die hier niet verkocht wordt, wordt zelden als handfruit gebruikt, veelal voor het maken van sap, dat puur en verdund (10% vrucht) te koop is. Het sap is donkergeel en heeft een haast melkachtige consistentie. Het smaakt fris en zuur.
Het is een geconcentreerd, prijzig sapje (richtprijs € 25 per liter; Okinawa shop) . Het wordt 10 x verdund gedronken, met wat honing erbij, bij het ontbijt, en heet in de winer, zoals wij doen met een 'grog'.
Omdat bij het persen de smaak en flavonen uit de schil verloren gaan, ontwikkelt men een sap dat als smaakmaker gebruikt kan worden waarin de essentiële oliën en de flavonen.
Het sap kan bij kamertemperatuur lange tijd bewaard worden, maar eenmaal geopend in de koelkast beperkt houdbaar.
Het woord shīkwāsā betekenent in het dialect van Okinawa 'zuur voedsel'.