De familie is zo uitgebreid dat hij is onderverdeeld in subfamilies. Tot de subfamilie Solanoideae bijvoorbeeld behoren het geslacht Capsicum (chilipepers), het al genoemde geslacht Solanum en het geslacht Physalis.
Wij kennen de aardappel (Solanum tuberosum) als een niet weg te denken zetmeelbron, maar aan het eind van de 16e eeuw was de aardappel nog een curiositeit in de Leidse Hortus.
De Surinaamse benaming voor de Solanum macrocarpon is antruwa of antroewa. De West-Afrikaanse benaming voor dit bittere aubergientje is gboma.
Aubergines zijn er in veel soorten, alleen kennen wij vooral de Westerse aubergine (Solanum melongena), zoals men in Azië Aziatische auberginesoorten kent en in Afrika de Afrikaanse soorten.
Het verse, zoete vruchtje van de Chinese boksdoorn (Lycium barbarum) heeft een lichte anijssmaak. Het is tevens bekend onder de naam goji, gedroogd verkrijgbaar zoals rozijnen, met het predikaat superfruit.
Chilipepers (Capsicum) zijn in veel soorten, en wat belangrijk is, in uiteenlopende scherptes. De scherpte van chilipers wordt uitgedrukt in Scoville-eenheden (SHU). De mildste chilipepersoort is de paprika.
De goudbes, Kaapse kruisbes of physalis (Physalis peruviana) wordt vaak gebruikt voor het aankleden van een dessert.
De naranjilla of lulo (Solanum quitoense) is een auberginesoort, verwant aan de orinoco-appel. De vrucht heeft vier compartimenten met een zuur, aromatische pulp.
De boomtomaat (Cyphomandra betacea) is een vrucht uit de Andes die onder de Nieuw-Zeelandse (handels)naam tamarillo beroemd is geworden.
Voordat de tomaat (Solanum lycopersicum) in de negentiende eeuw de vertrouwde rode kleur kreeg, werd het de gouden appel of liefdesappel genoemd, op zijn Italiaans pomo d’oro, vanwege zijn goudgele verschijning.
Je ziet in één oogopslag de verwantschap tussen de tomatillo (Physalis philadelphica) en de Kaapse kruisbes, de papieren mantel.
Nachtschades komen in uiteenlopende ecosystemen voor, van woestijngebieden tot regenwouden