Het Barbarea-geslacht omvat een twintigtal tweejarige hetzij overblijvende planten. Ze hebben kleine, diep gelobde bladeren. De groeiwijze is die van een rosette.
De landkers (botanische benaming Gewoon St. Barbarakruid) is een gemiddeld 30-60 cm hoog plantje met glanzend, donkergroene bladeren, die enigszins aan rucola doen denken, een nauw verwante plant, hoewel niet behorende tot het geslacht Barberea. De onderste bladeren zijn liervormig, en bestaan uit meerdere smalle blaadjes, zijslippen genoemd, en éé groter, hartvormig blad.
Hij bloeit van april tot mei met trosjes helder gele bloemen. In het tweede jaar vormt hij opstaande hauwen van 1,5 - 3 cm lang, met een spitse snavel. E´n enkele plant kan circa 10.000 olierijke zaden bevatten.
Landkers wordt in het voorjaar of in de herfst gezaaid, en vermeerdert zich daarna gemakkelijk vanzelf. In het wild kun je de plant van november tot april oogsten.
Het scherp en bitter smakende blad wordt vooral als kers (cress) gegeten, in salades bijvoorbeeld bij visgerechten, waar ze goed mee combineren. Gebruik het als rucla.
Wanneer je het blad als spinazie kookt, komt de bitterheid naar boven. Gekookte landkers is tamelijk vezelig.
Net als van veel koolsoorten zijn ook de bloemen van dit kruid eetbaar.
Landkers is van mei tot september verkrijgbaar, van Nederlandse bodem. Bewaar het 3-4 dagen in plastic (tegen uitdroging) in de koelkast. Buiten de koelkast is het blad zeer beperkt houdbaar (1-2 dagen). Koop alleen kers dat er fris uitziet, en wees attent op de kwaliteit van de voorgewassen groente.
Zelf kweken is relatief eenvoudig, en omdat je er weinig van nodig hebt wanneer je het bijvoorbeeld gebruikt als accent in salades, is dat uiterst praktisch. De zaden kiemen al na 2 tot 3 weken, en je kunt naar behoefte oogsten.
Landkers is ons land inheems en niet bedreigd. Het kruid komt het meest voor in het Rivierengebied, en is elders vrij zeldzaam. Hij groeit onder meer op drooggevallen grindbanken langs de Maas. Het is een drachtplant voor met name hong- en zandbijen en een waardplant voor koolwitjes.
Behalve in grote delen van Europa komt de plant ook in het wild voor in gematigde streken van Klein Azië, de Kaukasus en Centraal Azië, in de Verenigde Staten, Afrika en Australië. Op de Internationale Rode lijst van bedreigde plantensoorten heeft landkers (gewoon sint barbarakruid) het predikaat 'Least concern', vooral vanwege de ernstig bedreigde status in Servië. De plant is nergens invasief.
De botanische naam dateert uit de middeleeuwen. Het was gebruik om planten die niet eerder benoemd waren, te vernoemen naar een heilige. Dat werd Sint Barbara (Barbara van Nicomedië) beschermheilige tegen brand en bliksem. Over het waarom St. Barbara circuleren verscheidene dubieus klinkende verhalen, waaraan we ons niet willen branden.
Andere benamingen voor landkers zijn winterkers - vanwege zijn winterhardheid - en jodenkers.
Deze eigenschap kan gebruikt worden om planten bij andere koolsoorten weg te houden door er Barabarakruid tussen aan te planten.
Op de Internationale Rode lijst van bedreigde plantensoorten heeft landkers (gewoon sint barbarakruid) het predikaat 'Least concern', vooral vanwege de ernstig bedreigde status in Servië.
De plant is nergens invasief.
Landkers bevat veel vitamine C (circa 150 mg per 100 gram) en vitamine A (circa 200 mg per 100 gram), ijzer, en vitamine B1 en B2, waar naast:
Respecteer het copyright !