top
De wortels van een plant
In bewerking
De wortels van een plant
Stengelknollen op de site
YAM | DIOSCOREA CAYENENSIS

Rhizomen en stolonen

 

Een rhizoom is een onderdeel van het wortelstelsel van een plant dat onder- of bovengronds twee functies vervult: wortelvorming en 'spruiten'. Het wordt om die reden wel het voortplantingsorgaan van een plant genoemd.

Een rhizoom is een specialistische plantenstengel - hoofdstam - met okselknoppen en knopen met of zonder bladeren. Als er geen bladeren aan zitten, zijn de bladlittekens nog wel te zien. Een andere naam voor rhizoom is wortelstok. Een stoloon is ogenschijnlijk een rhizoom, maar is zelf geen stengel. Hij ontspruit uit een bestaande stengel, zoals de stolonen van een aardbeienplant. Aan het uiteinde vormen zich nieuwe wortelende planten die vaak dochterplanten worden genoemd. Een stoloon herken je onder meer aan de grotere lengte tussen de internodiën, de knoopafstand. Net als stolonen kunnen ook rhizomen dochterplanten vormen. Ondergondse rhiozomen maken daartoe vanuit de bodem eerst een bocht naar boven. Je ziet dat bij veel grassen.

Meestal groeien de scheuten vanuit een rhizoom verticaal, naar boven gericht, en de wortels eveneens verticaal, naar beneden gericht. Sommige rhizomen zijn compact, neem die van de gember, andere overbruggen grote afstanden, zoals die van de bamboe. Dan kom je direct uit bij eenkele punten van zorg. Om eetbare rhizomen te oogsten, worden planten aak in hun geheel geoogst of danig verminkt. Dat kan ten koste gaan van de wilde habitat, maar hoeft niet, wanneer je zorgvuldig te werk gaat. Wanneer een rhizoom immers gebroken wordt of breekt, heeft iedere deel op zich het vermogen een plant te vormen. Dat kun je in de winkel zien aan hoe de stukken gemberwortel uit lopen. Preciezer geformuleerd, iedere knoop kan een nieuwe plant vormen.

Planten met snel en breeduit groeiende rhizomen, zoals de bamboe, hebben de neiging om dat zo voortvarend te doen dat ze andere planten verdringen. In het wild gaat dat ten koste van de biodiversiteit.

Nog een begrip tenslotte. Het verdikte gedeelte van een rhizoom of stoloon noemt men een stengelknol, een opslagorgaan waarin de plant haar voedselreserves op slaat. Voorbeelden van stengelknollen van rhizomen zijn de specerijen geelwortel, gember, laos en kentjoer, een voorbeeld van een stengelknol van stolonen is pepermunt. De aardappel is een voorbeeld van een stengelknol van een door cultivatie gemodificeerde stoloon.

Het radijsje is een voorbeeld van een ander type stengelknol, namelijk de verdikking van het hypocotyl. dat is het gedeelte van de stengel van een kiemplant dat zich onder de zaadlobben bevindt. Voorbeelden daarvan zijn naast de radijs, de koolrabi en de knolraap.

Taalkundige aspecten, etymologie

De term rhizoom is afgeleid van het Oudgriekse ῥίζωμα (rhízōma), dat een bende wortels betekent.

Bronvermelding update januari 2023

Taproot/penwortel | Wikipedia (EN/) Roots, the definitive compendum | D. Morgan, Chronicle books, San Fransico USA