Net als in iedere sambal belacan zijn alle ingrediënten rauw, ook de chilipepers. De scherpte is afhankelijk van de hoeveelheid zaadjes in de sambal en de gebruikte chilipeper, in dit recept een mengsel van twee chili's, de cili padi (bird's eye) en de mildere cili merahi.
Naar keuze gebruik je in dit recept witte garnalen (van duurzame vangst) of garnbalenpasta (trasi). Let op dat wanneer je het geluk hebt een witte mango te bemachtigen, je deze alleen rijp gebruikt!
Deze sambal wordt geserveerd bij gefrituurde vis, als bawal itam (zwarte pomfret of Parastromateus niger) of bawal mas (gouden pomfret of Xenobrama microlepis) - helaas geen Nederlandse benamingen.
Snijd de chili's fijn, het limoenblad in dunne reepjes (julienne) - voor garnering. Houd een schijfje limoen achter, en pers de overige tot sap.
Schil de binjai, en verwijder de pit. Pureer het vruchtvlees voorzichtig, met een vork. Overdrijf niet, danv verliest het vruchtvlees haar samenhang en wordt de sambal waterig. Laat de chili's rauw, of rooster de chili's hoogstens 3 minuten. Wrijf de chili's in een vijzel tot een gladde pasta.
Meng nu alle ingrediënten met uitzondering van de garnering en de binjai. Wrijf het geheel tot een pasta.
Doe de fijngemaakte bijai in een schaaltje, en overgiet deze met de sambal belacan. Garneer met het achtergehouden schijfje kalamansa en het fijngesneden limoenblad.