De Laurus nobilis of gewone laurier kan wel 18 meter hoog kan worden en meer dan honderd jaar oud worden. Hij draagt mannelijke of vrouwelijke geel-groene bloemen. Ze groeien in clusters. De besjes van de laurier zijn zwart en glanzend, en hebben een doorsnede van circa 1,2 cm. Hij heeft lancetvormige bladeren van een centimeter of vijf à tien. Ze hebben een leerachtige textuur, met een glad, glanzend oppervlak en zijn sterk generfd.
De laurierboom heeft witte bloemen die in schermen in de bladoksels groeien, en waaruit de zwarte besjes ontstaan. De besjes zijn eivormig. De bladeren, die als kruid gebruikt worden, hebben een aroma dat verwant is aan oregano en tijm, waarmee laurierblad goed combineert. Gedroogd laurierblad smaakt wat scherper en is wat bitterder dan vers blad, dat beter ruikt dan smaakt, maar in veel gerechten veruit de voorkeur heeft.
De bladeren zijn stevig en hebben een gegolfde rand. De maat van de bladeren varieert, gemiddeld zijn ze een centimeter of 5-8. De plant draagt bessen (steenvruchten), die zwart kleuren wanneer ze rijpen, niet te verwarren met de laurierbes, dat is de bes van een andere plant.
Laurierblad is zeer aromatisch, scherp van smaak en heeft altijd wel iets bitters in zich. Ze bevatten circa 2% etherische olie. De belangrijkste smaakcomponenten daarin zijn:
Laurier is algemeen verkrijgbaar, zowel gedroogd als vers, de laatste veelal in de vorm van een (groenblijvend) laurierplantje in pot. Hoewel de laurierboom niet winterhard is, kan hij een matige winter in ons land overleven, vooral wanneer hij op een beschutte plaats (uit de wind) staat. Deze kan binnen en buiten gehouden, maar let op voor vorst. Laurier kan uitstekend gesnoeid worden.
In Europese gerechten is de laurier niet vervangbaar, niet door enig ander kruid. In De Indiase keuken wordt vaak de Indische laurier gebruikt, een heel ander kruid, dat incidenteel wordt vervangen door de gewone laurier. Dat komt vooral doordat de beide bladeren in de Hindi-taal tejpatta worden genoemd.
Laurier wordt in soepen, sauzen en stoofgerechten gebruikt, vooral in de Mediterrane keuken. In veel recepoten wordt uitgegaan van gebruik van het gedroogde blad, houd er rekening mee dat vers blad (vaak van een andere laurier-variëteit ) bitterder kan smaken.
Het gedroogde blad wordt in zijn geheel gebruikt, en kan net als het verse blad gerust meegekookt worden, en pas op het laatste moment uit en gerecht verwijderd. Wil je de smaak van gedroogd blad in een gerecht intensiveren, doe je er goed aan het blad tussen je vingers fijn te wrijven. Overweeg in dat geval een kruidenzakje of thee-ei te gebruiken, je krijgt de kleine stukjes moeilijk meer uit je gerecht of saus. Je kunt de gedroogde bladeren natuurlijk ook malen.Laurier is één van de harde kruiden in een bouquet garni. Laurier wordt in de Thaise keuken gebruikt in massaman curry, en in de Indiase keuken in biriyani (rijstschotel) en het kruidenmengsel garam masala.
De gedroogde bloemen en bessen worden eveneens in de keuken gebruikt, al zie je nauwelijks. De bloemen worden gebruikt in combinatie met honing (infusie) de bessen als kruid, nadat ze geraspt zijn, zoals je met nootmuskaat doet.
Verse laurierbladeren kun je uitstekend invriezen. Gewoon in een bakje doen, zodat je blaadje voor blaadje kunt gebruiken.
Aan de wereldwijde spreiding van de laurier is een einde gekomen door klimaatveranderingen, zoals de verwoestijning van de Sahara, in het Plioceen. De meeste Europese laurierbossen zijn in die periode ook verdwenen, er resten nog enkele kleine populaties her en der, rond de Middellandse zee in het zuiden van Turkije, het noorden van Syrië, het zuiden van Spanje, centraal Portugal, het noorden van Marokko en op de Canarische eilanden en Madeira.
Er weinig bekend over het culinair gebruik van laurierblad in de oudheid, althans van voor de Oude Grieken en Romeinen. Laurier is sinds mensenheugenis een kruid dat over hele wereld gebruikt wordt en in veel kruidenmengsels voor komt. Ze komen voor in de klassieke Franse keuken, waarin de laurier niet vervangbaar is door enig ander kruid. Ook in De Indiase keuken wordt vaak laurier gebruikt, meestal wordt daarvoor de Indische laurier gebruikt, een heel ander kruid, dat eventueel vervangen kan worden door de gewone laurier. Beide bladeren worden in de Hindi-taal tejpat(ta) genoemd.
Laurier is verbonden aan de god Apollon, &eacuette;én van de belangrijkste goden in de Griekse mythologie. Diens eerste grote liefde was het Daphne, een nimf. Zij zou door de riviergod Peneus in een laurierboom zijn veranderd. Deze werd heilig voor Apollon, en staat sindsdien symbool voor de overwinning, liederen en gedichten. De Romeinen gaven uitmuntende studenten laurierbesjes, baca lauri. Dit zijn de eerste baccalaureaten, een ook nu nog gebruikt woord. Ook het woord bachelor is hier van afgeleid.
Het woord laurier is via het Latijnse laurus, de geslachtsnaam van de laurier, vermoedelijk ontleend aan de naam Dáphnē. De vorming van het woord laurel heeft al voor de Middeleeuwen plaats gevonden via wat heet de d-l-wissel . In een aantal talen is de verwantschap met de oorspronkelijke Griekse benaming nog aanwezig, onder meer in het Hebreeuws, het Turks (defne) en het Albanisch (dafiné). In het Grieks heet laurier nog altijd dafni.
Het epitheton nobilis betekent aanzienlijk.
.Laurierbladeren bevatten essentiële oliën, 1-3% van het drooggewicht van het blad. Hiervan is 30-70% cinéol, wat verantwoordelijk is voor het karakteristieke laurier-aroma. Daarnaast bevat laurier stoffen die cytotoxisch zijn - giftig voor lichaamscellen. Zij maken dat je moet oppassen met de dosering: alcaloïden (vergelijkbaar met cafeïne en codeïne) en lactonen (die je ook in kaneel tegen komt, een stof die bij te grote dosering kan leiden tot leverbeschadiging).
Ben je op zoek naar laurierbesjes, laat de besjes van de laurierkers beslist staan, ze zijn licht giftig. De bladeren zijn overigens giftiger dan de besjes.