Naast deze 'grote' basa zijn op Bali diverse andere kruidenmengsels geliefd, zoals basa selem en basa genep.
Basa gede is een verwijzing naar de kosmos, laos (Isen) staat voor de kleur rood van het zuiden en representeert de god Brahma, geelwortel (kurkuma) het geel van het westen en staat voor de god Mahadeva, gember (jae) is zwart, de kleur van het noorden en de representatie van de god Vishnu, en kencur tenslotte (cekuh) is 'wit' en vertegenwoordigt de god Iswara.
Een goede basa gede wordt op het gevoel gemaakt, waarbij de vingers van de hand leidend zijn (!). Daarmee wordt gedoeld op de dosering van de hoofdingrediënten laos, gember, geelwortel, en kencur. De verhouding is als de verhouding van de lengte van de vingers: laos: de middelvinger, gember: de ringvinger, geelwortel: de wijsvinger en kencur: de pink.
Basa gede wordt op soortgelijke wijze als andere Indonesische bumbu's gebruikt in gerechten zoals telur, lawar, sayur ares (batang pisang), balung, en lain sebagainyaen. Dit recept gaat uit van verse kruiden en specerijen. Daaronder het minder bekende, oregano-achtige vijf-in-een-kruid (Plectranthus amboinicus).
In het recept wordt 'inheemse peper' genoemd. De keuze is ruim, cubeb- of staartpeper, lange peper of een zwarte peper, zoals lampong of sulawesi peper. Soms worden, net als bij Basa genep, kemirinoten toegevoegd, en wat nootmuskaat.
Maak alle ingrediënten schoon, en was ze zo nodig.
Snijd de sjalotten, knoflook, chilipepers en terasi apart. Doe deze als eerste in een vijzel en wrijf er een pasta van.
Snijd nu de overige ingrediënten fijn en hak ze tezamen fijn met een groot (hak)mes, traditioneel de blakas. Voeg deze toe aan de pasta en masseer ze er goed doorheen. Fijnwrtijven is niet de bedoeling. Voeg de blaadjes als laatste toe.
Omdat basa gede van uitsluitend verse ingrediënten wordt gemaakt, is het slechts enkele dagen in de koelkast houdbaar.
Vanwege de grote hoeveelheden in dit recept, is het raadzaam het grootste gedeelte half gaar te bakken in (kokos)olie - of minder te maken.