Bloedgierst of harig vingergras is een eenjarige plant, die behoort tot de grassenfamilie. De plant komt voor in vrijwel alle gematigde en subtropische gebieden van Azië, Europa en Amerika, sporadisch ook in de tropen.
in Nederland tref je de plant vrijwel overal aan, behalve op de Waddeneilanden. De plant wordt 10-60 cm hoog. Liggende stengels vormen op de knopen wortels. De korte, 3-10 mm brede, lichtgroene bladeren zijn van boven behaard, vandaar de benaming harig vingergras.
De plant bloeit van augustus tot november, soms wat vroeger in het jaar. De bloeiwijze is een schijnaar, 5 tot 15 cm lang. Ze staan gegroepeerd - vier tot acht aren - in vingervormige trossen aan het uiteinde van de stengel (synflorescence). De aartjes zijn 2,8 tot 3,3 millimeter lang en lancetvormig en puntig.
De wilde sikiya vermeerdert zich gemakkelijk, zowel via zaad (in oktober) als via de wortelstok. Het zaad komt ongewild ook terecht op de landbouwpercelen. De opbrnegst van skiyia in Madhya Pradesh (Indiia) bedraagt 100 -125 kg per hectare.Net als sorghum, maïs en acha behoort iburu tot de grassen-orde Panicoideae. Het geslacht waartoe het behoort, de Digiteria komt over de hele wereld voor. Het is in 1768 door Von Haller gedefinieerd, en omvat meer dan 250 plantensoorten. Slechts drie daarvan komen in Europa voor.
Iburu wordt nauwelijks buiten de eigen regio verhandeld. Het heeft de naam kwalitatief minderwaardig zijn aan acha, vooral omdat het kaf vaak onvolledig verwijderd is. Toch zou het het graanproduct van de toekomst te zijn.
In Centraal-India, in Madhya Pradesh is bloedgierst, sikiya genaamd, vanouds voedsel. Het wordt er in het district Dindori verzameld en verbouwd door de Baiga, één van de belangrijkste stammen in deze staat. Ze gebruiken op eenzelfde manier als rijst en maken er een pap van, kheer.
Van oudsher verzamelde men alleen de wilde gierst, later werd deze ook verbouwd, als onderdeel van de landbouwmethode bawar, een methode waarbij het land drie jaar gebruikt wordt, daarna een jaar met rust wordt gelaten. Het laatste gewas wordt voorafgaand aan de rustperiode platgebrand.
Omdat het beschikbaar maken van de gierst heel tijdrovend en arbeidsintensief is, en vooral voor eigen gebruik was, zijn de Baiga overgegaan op monoculturen van markttechnisch interessanter gewassen zoals ahrar.
In Europa (Duitsland en Polen) verbouwt men het om het te gebruiken als veevoer.
De plant is voor het eerst gepubliceerd in 1753 onder de naam Panicum sangvinale door Carl von Linné in Species Plantarum, Tomus I, p. 57. De naam Digitaria sanguinalis (L.) Scop. is voor het eerste gepubliceerd in Flora Carniol., ed. 2, 1: 52 (1771).
De geslachtsnaam Digitaria is afgeleid van het Latijnse digitus, dat cijfer of vinger betekent. De populaire benaming van dit type gierst is dan ook vingergierst. Het epitheton sanguinalis betekent bloedrood.
de Nederlandse benamingen harig vingergras en bloedgierst spreken redelijk voor zich.
Om de vergelijkingen door te trekken, iburu (en acha) bevatten na sorghum het hoogste gehalte ijzer en zink van alle granen. Het meeste zit in de buitenste lagen van de zaden. De eiwitten in iburu zijn goed verteerbaar vergeleken met sorghum en gierst. De glycaemische index van acha is beduidend lager dan die van andere granen door de sterk vertakte koolhydtaten..