In de eerste plaats omdat peterselie in kısır een bescheiden bijrol gegund is en zeker geen hoofdrol, en omdat bulgur, dat in tabouleh alleen spaarzaam wordt gebruikt, in kısır juist datgene is waar het om draait. De term bulgursalade is hier dan ook op zijn plaats.
Net als die andere bulgursalade uit de regio trouwens , de Armeense itsch, wordt de bulgur in kısır in de tomatensaus gegaard. Van het vuur, dat wel.
Bereid de bulgur, zorg dat ze niet overgaar is. Hak de hazelnoten en schep de partikels uit de granaatappel.
Was de tomaten, ontzaad ze (eventueel), en snijd ze in kleine blokjes. Doe hetzelfde met de komkommer. Laat het sap van de tomaat weglekken. Was de kruiden en sla ze droog.
Meng in een kom of schaal de tomatenpuree, de olijfolie en de granaatappel-melasse en werk dit mengsel met de hand door de inmiddels gekookte bulgur. Meng in een andere kom de slaui, de blokjes komkommer, de blokjes tomaat, de hazelnoten en het merendeel van de granaatappel. Voeg alle ingrediënten samen, en meng ze. Proeven, en verder op smaak brengen met zout, zwarte peper en pul biber.
Laat de 20 minuten staan, alvorens haar op te dienen. Bestrooi de schotel met granaatappel, peterselie en mint.
Tabouleh werd vooral gemaakt in de bergachtige streken van Libanon en Syrië. In deze versies van tabouleh domineert peterselie, en wordt heel weinig bulgur gebruikt, omdat dat schaars en dur was. In de lager gelegen gebieden gebruikt men van oudsher meer bulgur, in delen van Syrië, de Beqaa vallei en Baabek een variant op bulgur - eveneens van tarwe - salamouni geheten.
Over het algemeen zijn de bulgur-types tabouleh van Turkse en Armeense oorsprong. De Turkse variant wordt kısır genoemd, de Armeense eetch.
Respecteer het copyright !