De eigenlijke naam is beni-shōga no amasu-zuke, letterlijk vertaald een amazu-zuke van julienne gesneden gember. Voor deze pickle wordt een verse, volgroeide gemberwortel gebruikt (in gari gebruikt men de jonge lentegember). De typische kleur van beni shōga is dieprood, beni betekent vermiljoen. De kleur is afkomstig van het ume-extract, umesu, getrokken van gezouten Japanse abrikozen, aangekleurd met (rood) shisoblad. Veel fabrieksmatig bereide beni shōga wordt overigens bereid mer rijstazijn, en wordt gekleurd met rode bietensap (E124).
Beni shōga wordt bij of over een groot aantal Japanse gerechten geserveerd, onder andere bij donbury (rijst met een topping van rundvlees en gecaramelliseerde ui), okonomiyaki (pannenkoek) en yakisoba (gebakken noedels).
Schil de gember en snijd deze in dunne reepjes (julienne). Wanneer je gember te scherp vindt, heb je twee opties: je blancheert de gemberstrips gedurende 30 seconden of je gebruikt jonge gember, lentegember, zoals bij shin-shōga. Voor een extra, dieprode kleur voeg je wat extra shisoblad aan de umesu toe.
Laat de strips goed uitlekken, en dep ze droog met een schone doek. Overgiet de gember met de azijn, en laat de gember voor gebruik minstens zes uur staan.
Respecteer het copyright !