Het grootste verschil is de op smaak gebracht azijn, die de dag voor het inmaken wordt gemaakt. Het is een smaakvol bijgerecht dat goed combineert met kaas (bijvoorbeeld Cheddar), witvis en worstjes van varkensvlees, gekruid met venkel.
Rooster de specerijen. Breng de azijn met een halve liter water aan de kook, en voeg er de specerijen, het laurierblad en de suiker (eventueel) aan toe. Laat het azijnmengsel kort sudderen, en zet het een nachtje weg.
Zet de azijn op het vuur en breng het zachtjes aan de kook. Was intussen de venkel, en verwijder alleen de buitenste rok(ken). Snijd de knolletjes doormidden of wanneer ze te groot zijn in wiggen. Snijd van boven maar beneden, en probeer de venkel zoveel mogelijk intact te houden.
Doe de venkel in steriele potten. Zeef de azijn, en verdeel de kruiden over de potten. Breng de gezeefde azijn aan de kook en giet deze op de venkel, en schud, zodat de kruiden en de zijn de pot goed vullen, en de lucht tussen de venkelstukken vrij komt. Leg er de strukjes stengel en wat loof op, en vul eventueel aan met extra azijn/water (in dezelfde verhouding 2:1) wanneer de venkel niet onder komt te staan. Leg er de ongekookte stengels op, en gier er een olieslot op (een dun laagje olie om inwerking van zuurstof te blokkeren.
Laat de venkel enkele weken staan, alvorens hem te gebruiken.