De mandarijnvormige chinottovrucht is behalve zuur ook bitter, met soms veel zaden (pitten), en niet geschikt als handfruit. De chinottoboom is klein, zo'n 3-5 meter hoog en staat te boek als een voor bittersinaasappel-begrippen langzame groeier. De bladpositie is opmerkelijk voor een bittersinaasapel, de bijna driehoekige bladeren staan dicht opeen, zo dicht dat ze elkaar overlappen. De kleine witte bloempjes zijn zeer geurig. Chinotto's worden van september tot november geoogst.
Zoals de lahara verbonden is aan de Curaçao en de amara aan Grand Marnier, is de chinotto verbonden aan Campari en andere Italiaanse 'amari's'. Chinotto is daarnaast een 'cult' frisdrank en een bier. Beroemd is de Chinotto di Savona, gekonfijte, hele chinotto-sinaasappelen in maraschino. De bereiding van deze lekkernij, die als digestief wordt gebruikt, is begonnen in 1877 door een Fransman die zijn konfijterij vanuit het zuidwesten van Frankrijk naar Ligurië verplaatste.
De konfijterij bloeide er tot het begin van de twintigste eeuw, toen de teelt van de vrucht in een crisis belandde. Nog altijd is de teelt van de Savonese chinotto bescheiden, maar mede dankzij de aandacht vanuit Slowfood bezig aan herstel. Ook de konfijterij is, schoorvoetend, bezig aan een opleving.
De chinotto is het symbool van de stad Savona, in Ligurië. Volgens de overlevering is de chinotto daar in het begin van de 16e eeuw uit China terecht gekomen. De boom sloeg aan. Aan het einde van de negentiende eeuw richtte men er een coöperatie op naar het voorbeeld van de Camere Agrumarie in Zuid-Italië om de teelt en de verkoop van de Ligurische chinotto te stimuleren.