In Nederland kennen we de plant hoofdzakelijk van de etherische olie die may chang wordt genoemd of 'tropische verbena'. Als voedsel kennen we de plant hier niet of nauwelijks. Soms wordt hij de 'wilde cubeb' genoemd, maar dat is een naam die alleen verwarring schept, het is geen peper, en zeker geen cubeb peper. Daarom gebruiken we de Taiwanese naam maqaw, ook wel geschreven als magao of ma jiao. In Taiwan is het vruchtje een populaire specerij.
De maqaw is een laurierachtige plant, nauw verwant aan de planten in het geslacht Linderia, waartoe bijvoorbeeld de silṭimur behoort. De botanische naam is Litsea cubeba. Het epitheton cubeba is een ondubbelzinnige verwijzing naar cubebpeper.
Het is een snelle groeier. Het is een bladverliezende of groenblijvende boom of struik van 5-12 meter hoog. De maqaw groeit niet alleen snel, al na enkele jaren draagt hij zijn eerste vruchten. Voor de voortplanting zijn mannelijke en vrouwelijke bomen nodig, alhoewel er ook hemafrodiete soorten zijn. Alle delen van de plant hebben een aangenaam, citroenachtig aroma, dat doet denken aan sereh.
De Litsea cubeba bloeit aan het begin van de lente. De lichtgele bloemen zijn klein. en worden gebruikt om thee te zetten. De bloeitijd verschilt per regio, in China en Vietnam van maart tot april, met aansluitend vruchtvorming, in juli en augustus. De vruchtjes staan op een steel van 2 tot 5 millimeter lang, onder de vrucht iets verdikt (hypocarpium). Ze zijn min of meer rond en rijpen naar zwart toe. Ze hebben een diameter van ongeveer 5 millimeter.
Niet alleen de bloemen en de vruchten zijn eetbaar, de bladeren worden als smaakmaker in thee gebruikt en als groente gegeten, hoewel de kwaliteit van de blkaderen vaak te wensen ovcer laat. Ook de bast, wortels en takken worden gebruikt als smaakmaker, bijvoorbeeld in Thaise Karen curries als Kaeng Nuea. In veel gebieden worden de vruchten, schors en bladeren bovendien als geneesmiddel gebruikt.
In de Vietnamese provincie Quảng Ngãi wordt maqaw sả rừng genoemd, elders in Vietnam màng tang. De etnische minderheden Hre en K'dong plukken de besjes in de heetste periode van de zomer, in juli, in de bergachtige districten van de provincie. De besjes worden altijd onrijp (groen) geoogst. Ze veranderen in donkere 'peperbesjes' bij droging, net als de vruchtjes van de peperplant door enzymatische kleuring.
=Verse maqaw-besje bevatten 3-5% etherische olie. De smaak- en geurbepalende componenten (monoterpenen) hierin zijn:
De smaak van maqaw is zeer mild, een combinatie van peperige kruiden en citroen. De belangrijkste etherische olie, bekend als may-chang olie wordt verkregen uit de vrucht een alternatief voor verbena olie en citroengras olie in colognes, huishoudelijke sprays, zepen en luchtverfrissers.
Mawaq is geen algemeen verkrijgbaar artikel, is alleen bij een enkele gespecialiseerde specerijenwinkel te koop. Meestal is deze peper afkomstig uit de hooglanden van Vietnam, uit de kuststreek of uit de Himalaya (Lai chau bijvcoorbeeld). Omdat het oogsten zeer arbeidsintensief is, is de prijs van het 'pepertje' relatief hoog.
Maqaw wordt door de Ayatal (Taiwan) onder meer gebruikt in wildzwijnstoofpot en fazantensoep, maar ook in visgerechten. Qìng xiū Is een populair mǎ gào worstje waarin hele besjes zijn verwerkt. In Taiwan is de boom bovendien geliefd als windscherm op theeplantages, niet voor niets zijn de bladeren geliefd als smaakmaker in thee.
Of het nu voorgerecht, hoofdgerecht of dessert is, van vlees, vis of chocolade, er is bijna niets waarin je maqaw niert kunt gebruiken. Je kunt er ook wat van weken in olie, of toevoegen aan een marinade.
In Sarawak gebruikt men de specerij vooral in vleesgerechten en gestampte cassavescheuten, in Vietnam gebruikt men het in marinades voor vis, schaaldieren en vlees. In Quảng Ngãi worden zeeslakken gestoomd met maqaw, terwijl het gerecht elders in Vietnam wordt gemaakt met sereh.
Tip: maqaw is heerlijk in plaats van peper in een mayonaise. De Nijmeegse 'chocoladeverkopers' hebben Fu Wan chocolate in hun assortiment met mawaq (magoa).
Bewaar de besjes koel en donker in een goed afgesloten verpakking.
Je vindt de plant tegenwoordig in grote delen van oostelijk Azië, in China, Taiwan en Japan, in Myanmar, Thailand, Cambodja, Laos, Vietnam, Indonesië, Maleisië en het Indiaas subcontinent.
De boom wordt in het noorden van Thailand als pionier aangeplant in herbebossingsprojecten om inheemse bossen te helpen herstellen. dankzij de dichte kroon onderdrukt de Litsea de groei van onkruid, bovendien trekt hij vogels en vleermuizen aan. Op de Internationale Rode lijst van bedreigde planten en dieren is de Litsea cubeba aangemerkt als Least concern.
Ook in Sarawak, het Maleisische deel van het eiland Borneo, wordt de vrucht traditioneel net als op het Indonesische deel van het eiland (Kalimantan) gebruikt als specerij. Het was running practice om de boom te kappen om de vruchten en bladeren te oogsten. Nu niet meer. In de hoger gelegen dorpen worden op duurzame wijze vruchten en bladeren geoogst, waaruit met steun van het Onwikkelingsprogramma van de VN UNDP olie wordt gewonnen. De olie is de basis voor een scala aan huid- en schoonheidsproducten gemaakt, onder andere handwasmiddel, een nieuwe bron van inkomsten voor de Bidayuh-gemeenschap aldaar.
De Taiwanese maqaw is opgenomen in de Ark van de Smaak, van de Slowfood-foundation, omdat het al millenia lang door de inheemse Atayal-stam wordt gebruikt. De Atayal wonen in een gebied met een verscheidenheid aan ecosystemen, van bergen op 2000 meter boven zeeniveau tot kustgebieden en gebruiken de vrucht om diereden zowel bij vlees als bij vis.
Maqaw, in het Mandarijn bekend als mǎgào (馬告), is het belangrijkste ingrediënt dat de moderne keuken van de inheemse minderheden van Taiwan onderscheidt van die van de Han-meerderheid. De Ayatal-benaming heeft de betekenis van een eindeloos leven vol vitaliteit. Hoewel de plant en de vrucht in het Chinees beide 'bergpeper' genoemd worden, gebruikt men lokaal vaak andere benamingen, de bekendste daarvan is fazantpeper, shājīi;āo ;山雞椒
In China noemt men de vruchten van de Litsea cubeba bergpeper of shān hújiāo 山胡椒 . In Taiwan noemt men deze maqaw, uitgesproken als mǎ gào (馬告), een in het westen vaak gehanteerde benaming.