De plant is houtachtig en winterhard. Hij wordt slechts 30 cm hoog. Aan een stengel groeien circa 15 paar bijna ronde blaadjes, ongeveer 15 mm groot. Ze zijn bedekt met wit-grijze haartjes, die als bescherming dienen. De plant bloeit van mei tot augustus. De bloempjes zijn helder roze. De hopmajoraan is tweeslachtig (hermafrodiet) en wordt door bijen bestoven.
De plant groeit op kalkrijke, rotsige bodem in bergachtig gebied op hoogten van 500-1800- meter boven zeespiegel. De wildpluk heeft door de jaren heen al veel slachtoffers gemaakt, omdat de plant vaak op moeilijk bereikbare plaatsen groeit. Het plukken gebeurt 's zomers, wanneer de plant bloeit. Ieder jaar verscheidene malen, eind mei voor het eerst, daarna op de naamdag van de profeet Elias (20 juli), en de derde keer eind augustus.
In 1920 is men op Kreta begonnen met de teelt van de hopmajoraan, onder andere in Emberos, Kato Poros en Argirupoli.
Hopmajoraan is onder de naam Diktamos in gedroogde vorm verkrijgbaar, meestal aangemerkt als 'thee'. Wil je hopmajoraan vers proberen, zul je de plant zelf moeten verbouwen.
Hop majoraan is een oregano-soort met een bescheiden culinaire betekenis. De blaadjes worden gebruikt in kruidenthee. De smaak is vrij sterk, scherp en bitter, tussen oregano en tijm in. Over het algemeen vindt men het smaakpalet te medicinaal. Doseer het dus met mate, bij lagere doseringen overheerst een verrassend frisse smaak, bij hogere dosering een intense, onaangename smaak.
De etherische olie wordt onder andere als smaakstof. De bovengrondse delen van de plant en de bloemen worden in de meeste droge vermouth gebruikt.
Bewaar verse hop-majoraan zoals andere kruiden aan de steel, gewikkeld in een vochtige doek, verpakt in plastic. Zo houd je de kruiden zeker een week goed. Controleer steeds op rotte blaadjes en steeltjes. Eenmaal aangetast, bederft al gauw de hele bos.
De beoordeling is subjectief. Hoewel de plant op talrijke plaatsen op het eiland voorkomt, is de populatie nog altijd niet systematisch onderzocht. De bedreiging is al in 1997 gesignaleerd naar aanleiding van het verdwijnen van populaties op bepaalde plaatsen door ongecontroleerde wildpluk.
De plant is beschermd op grond van de Conventie van Bern en de Habitatrichtlijn 92/43/EEC.
De plant komt voor het eerst voor op fresco's op de muur van een Minoïsch paleis. Deze fresco's dateren van 1500 voor Christus. Rond die tijd wordt de plant ook gebruikt om zijn antiseptische eigenschappen. Zowel Hippocrates als Aristoteles schrijven er over. Het werd gebruikt bij wondbehandeling. De reputatie van dicatamnon, zoals het toen werd genoemd, was dat het geiten beschermde tegen de pijlen om hen te doden. Maar je kon het gebruiken bij iedere ziekte, men beschouwde het als een panacea.
In de Middeleeuwen werd de plant verbouwd op keizerlijke landgoederen en in kloostertuinen, blijkt uit de Capitulare de villis, waarin de hopmajoraan 'diptamnum' wordt genoemd. De Capitulare de villis is een verordening uit een reeks capitularie die hij schreef, en die behoort tot de pre-800 capitularies, daterend van rond het jaar 795. Karel de Grote schrijft hierin voor hoe de keizerlijke landgoederen moeten worden ingericht, gebruikt en beheerd.
In die tijd ontstond het gebruik om diktamo cadeau te doen als verlovingsgeschenk. uit die tijd dateert de term 'erondades', jonge mannen op zoek naar liefde. Benedictijner monniken en Trappisten gebruikten het in hun beroemde likeuren (Benedictine en Trappistine), en tegenwoordig wordt het ook gebruikt in vermouth, onder andere van Cinzano en Martini.
De plant wordt in het Grieks dictamnos of erontas genoemd. Dictamnois, omdat de plant zou zijn opgedragen aan de godin en nymf Diktynna. Haar naam wordt in verband gebracht met de netten (dikti) van vissers die waren uitgeworpen om haar van verdrinking te redden, nadat ze op de vlucht voor Minos in het water was gevallen. Niet met naam van de berg Dicte op Kreta, alhoewel ook wel wordt aangenomen dat de naam een samenvoeging is van deze berg op het oostelijk deel van Kreta en tamnos, wat struik betekent.
De benaming erontas is vermoedelijk een verbastering van erotas, de Griekse god van de liefde.
De Nederlandse benaming laat zich verklaren door de gelijkenis van de bloeiwizje van roze bloemetjes ingeklemd tussen groenroze schutblaadjes, net hopbellen, de bloeiwijze van de hop.