Voor het recept zouden zoals vanouds carottes grelots gebruikt moeten worden, bolronde peentjes die eind negentiende eeuw, toen dit recept ontstond, opgeld deden. Je zult er vergeefs naar zoeken, tenzij je ze verbouwd in moes- of pluktuin.
We pikten dit recept van deze op overheerlijke manier bereide geglaceerde worteltjes op van de site van de Slowfood Grand Duché, die deze versie promoot als najaarsgerecht.
Verhit de oven voor op 200°. en schil de worteltjes. Snijd er dunne plakjes van, van circa 5 mm dikte.
Doe de cognac in een klein pannetje en verwarm de cognac zodat de alcohol ontsnapt, of flambeer de cognac.
Laat de boter in een ovenvaste koekenpan - geen kunststof handvat - smelten. Leg er de schijfjes wortel in en overgiet deze met de cognac. Plaats de koekenpan in de oven, de pan afgedekt met vetvrij papier. Pluk de blaadjes van de peterselie en snijd deze fijn.
Reken voor de garing minstens 25 minuten, test voor je de worteltjes uit de oven neemt hoe de garing verloopt, je wilt de worteltjes niet tot pap koken.
Overgiet de worteltjes met het boterige kookvocht en bestrooi de worteltjes daarna met de peterselie. Direct opdienen.