De Osmanthus fragrans is dan ook familie van de olijf, en draagt dieppaarse, haast zwarte vruchten. De bloemen van de Osmanthus fragrans worden in China gemengd met groene of zwarte thee voor een geurige thee die guìhuāchá 桂花茶 wordt genoemd. Om die reden wordt de plant ook wel de thee-olijf genoemd. Maar er worden ook jam en siroop mee gemaakt. Ze hebben een geur die doet denken aan abrikozen, en die je ook tegenkomt in het hart (albedo) van boeddha's hand, een citrusvrucht.
De plant is een traag groeiende struik van een meter of drie, die tot een meter of zes kan uitgroeien, met verscheidene stammen. Volgroeid heeft de struik de vorm van een vaas. Zoals veel langzaam groeiende planten kan de Osmathus fragrans zeer oud worden. In zeker tien steden wordt jaarlijks in oktober een festival ter ere van zo'n historische boom gehouden. Zoals bij de Shengsui tempel in Nanzheng waar een 2.100 jaar oude boom staat. De meest imposante boom zou die bij de Linggung tempel zijn in Nanjing.
De Osmathus heeft licht getande, ovale bladeren. Ze zijn aan de bovenkant glanzend en donkergroen, maar de onderzijde is mat en bleker. Hij bloeit van de herfst, in september, oktober, tijdens het Midherfstfestival, of Chinees Maanfeest. De bloem wordt daarom wel de maanbloem genoemd. Hij bloeit wel tot vroeg in maart, en soms zelfs in de zomermaanden. Zijn bloemen zijn ongeveer een centimeter groot en groeien in trossen. Ze zijn wit tot oranjegeel, met alle schakeringen van geel daar tussenin. De bloemen zijn tweeslachtig (hermafrodiet).
De vruchten zijn iets kleiner dan olijven, tussen 1 en 1½ cm lang, maar hebben ongeveer dezelfde kleur en bevatten eveneens één harde zaad. Voor het inleggen in pekel worden alleen de onrijpe vruchten gebruikt.
De gedroogde bloemen zijn bij de betere Aziatische speciaalzaak te koop. Naar de olijven zul je vergeefs zoeken.
De gedroogde bloemen worden gebruikt om thee mee te maken, maar de Chinese keuken kent ook tal van desserts en gebak waarin de bloemen verwerkt zijn. Guìhuā chénjiǔ 桂花陈酒 is osmanthuswijn, een aperitief, maar ook heerlijk om peren in te stoven. Drink deze eens met wat ijskoud sodawater en osmanthussiroop, in een verhouding van 30 ml wijn, 80 ml sodawater en 1 theelepel osmanhtussiroop. Met ijsblokjes en een schijfje sinaasappel.
Bewaar de gedroogde bloemen op een koele plaats, uit het directe zonlicht.
De Osmanthus fragrans is in de achttiende eeuw in Europa geïntroduceerd,
In de Chinese mythologie (Tang-dynastie) komt de Osmanthus voor als een boom die deel uit maakt van de straf der goden opgelegd aan Wú Gāng. Zijn straf bestond daaruit dat hij de boom moest snoeien, maar daar kwam geen einde aan, want de boom herstelde zich voortdurend. Het Chinese gezegde 'Wú Gāng die de boom snoeit' (Wúgāng fámù).
吴刚伐木) betekent 'eindeloos zwoegen'. Het is niet verwonderlijk dat de plant symbool staat voor een lang leven en herstel. Voor oude bomen (vergelijk de vraag naar oude olijfbomen in Europa) wordt in China veel geld neergelegd, waardoor er een levendige handel is zulke bomen.In China alleen al kent de plant een kleine dertig cultivars, het logisch resultaat van een eeuwenlange cultivatie. Eén van de belangrijkste teelgebieden is het karstgebied van Guilin in de provincie Guangxi, aan de Li-rivier. Hoe groot de teelt van de Osmanthus fragans is, moge blijken uit de 1½ miljoen bomen die in één enkele kwekerij in Guangzhou staan.
Ook in Japan is de Osmanthus zeer populair, er zijn steden waar de boom zelfs het stadsgezicht bepaalt. de plant is daar aan het begin van het Edo-tijperk in de zeventiende eeuw geïntroduceerd.
De botanische naam is een combinatie van het Griekse woorden voor geur (osmé) en bloem (ánthos) met de haast overbodige Latijnse toevoeging fragans, wat eveneens geurig betekent.
Tot de grote favorieten in de Chinese keuken behoort de combinatie van peer en osmanthusbloesem, zoals:
Respecteer het copyright !