De Avena strigosa is een weinig productieve haversoort, dat op arme grond gedijt, onder meer op zandgronden in Noord-Brabant en Gelderland, waar ze tot aan het begin van de twintigste eeuw als veevoer wordt verbouwd. Net als andere haversoorten is de zandhaver verdrongen door opkomende teelt van maïs en wintertarwe.
De plant is rechtopgaand, en wordt 80 cm tot 1 meter 20 hoog. De bloeiwijze is pluimvormig en 8 tot 30 cm lang. Aan het uiteinde van de stengels staan gesteelde pluimpjes van twee, zelden meer of minder dan twee tweeslachtige bloemen, De diploïde vrucht is kleiner dan de vrucht van de gewone haver (7-8 mm lang), en moet net als deze gepeld worden, omdat het zaad sterk verbonden is aan het lemma en de kolf. De bloeitijd is net als van de gewone haver van juni tot augustus, de zaden rijpen in de periode tot oktober.
De korrel van de zwarte haver bevat aanzienlijk meer eiwitten (27-53% meer) en meer vet (14-27%) dan die van de gewone haver, en bovendien 38-72% meer polysachariden.
Ajja is zowel de naam van Ethiopische haver als de benaming van een mengsel van granen en noten,
De haverkorrel heeft een prettige milde smaak, en is romig. De haver wordt in Ethiopië gebruikt om pap (genfo) van te maken, een warm granendrankje, dat Atmit heet, en brood (injera), tezamen met gerst. Een ander product is de krokante, notige snack, de dabo qolo, die wordt gemaakt vaneen mengsel van kikkerwtenmeel, teffmeel en havermeel (ajja), gekruid met berbere.
In ongepelde vorm zijn de zaden lang houdbaar, tot wel enkele jaren.
De botanische naam avena is afgeleid van het Latijnse 'avena', dat blazen betekent, een verwijzing naar het gebruik van de holle stengels van haver als blaasinstrument. het epitheton strigosa duidt op de beharing van de kafjes.
Om onduidelijke reden wordt de zandhaver ook wel Japanse haver genoemd. De benaming evene of even die in bepaalde streken in Nederland en België wordt gebruikt, is afgeleid van avena.
Respecteer het copyright !