top
De zemel
 
De zemel
 
Haverzemelen

Zemelen

Zemelen zijn de beschermende laagjes van een graankorrel. Ze bestaan uit voedingsvezels en bevatten vitaminen en mineralen.

De grove zemel bevat de laagjes die de graankorrel beschermen: het eiwitachtige aleuron, het epicarp - de zaadhuid - en de kiem. De fijne zemel is in het spraakgebruik een vliesje, dat klopt in zekere zin wel, want het bestaat alleen uit de zaadhuid .

De zemel komt vrij wanneer het graan gepeld of vermalen wordt. Tijdens het maalproces worden de zemel, de kern en de kiem gescheiden. Om te voorkomen dat de zemelen breken, worden de graankorrels bevochtigd. Pas na een uur of twaalf zijn de korrels voldoende gerehydrateerd om de bestanddelen veilig te kunnen scheiden.

De zemel is iets anders als het kaf, en komt niet vrij bij het dorsen, maar bij het malen. Het residu van het dorsen, de kaf, is oneetbaar, en maakt geen deel uit van de zemel.

Onderstaand advies heeft betrekking op vezel, maar is 1:1 van toepassing op zemelen.

De aanbevolen dagelijkse hoeveelheid vezels (ADH-2006) bedraagt 32 gram voor een volwassen vrouw, 45 gram voor een volwassen man. Hiervan is het grootste deel (circa 70%) fermenteerbaar. De European Food safety Authority (EFSA) is in haar advies van 2010 beduidend terughoudender en beveelt 25 gram per dag aan zonder onderscheid aan te brengen naar sexe.. Voor jongeren is de ADH 10 gram per dag voor babies, 1 voor peuters, oplopend tot 21 gram voor 15-17-jarigen.

Eet je meer vezels (zemelen) dan de aanbevolen hoeveelheid, geen probleem, 10 gram vezels extra verkleint het risico op darmkanker met 10% ! Er is geen ADH voor baby's, maar voor kinderen en jong-volwassenen wordt aanbevolen te rekenen met 2 gram per MJ.

Essentieel is, dat je voldoende drinkt, ook in verhouding tot je inname van vezels. Drink je onvoldoende, werken de vezels averechts!

Taalkundige aspecten, etymologie

Het woord zemel (semele) komt al in de dertiende eeuw in de Nederlandse taal voor. Aaanvanjkelijk betekende het meel, zoals semola in het italiaans, beide afgeleid van het Latijnse simila. In de Romeinse tijd gebruikte men diverse termen voor meel, waaronder simila en similāgō voor meel die zemelen bevatte. Meel zonder zemel noemden de Romeinen flōs .

Benamingen in diverse talen

engels
bran
frans
son
italiaans
crusca
spaans
salvado
duits
kleie
arabisch
 
turks
kepek
hindi
chokar
indonesisch
bekatul
japans
nuka
vietnamees
 
chinees
mài fū 麦麸
 
.

Bronvermelding update januari 2020

Wat zijn vezels? | Maag lever en darm stichting Scientific opinion in dietary reference values for carbohydrates and dietary fibre | Euopean Food Safety Authority EFSA Journal 2010; 8(3): 1462 Etymologie: zemel | Michiel de Vaan , Neeerlandistiek Juni 2015
slotregel