Het klinkt in tegenspraak met de algemeen heersende opvatting dat vezels 'moeten', maar dat is het niet. Maar, bedenkende dat wanneer je vezelrijk eet, je andere voeding niet eet, kun je je voor stellen dat ook het achterwege laten van andere componenten in het voedsel en minder consumptie (vezels zorgen immer voor een verzadigd gevoel) een belangrijke factor kunnen zijn voor de effecten die aan de vezels zelf worden toegeschreven.
Voedingsvezels zijn hoe dan ook van plantaardige oorsprong. Vezels worden wel onderscheiden in 'in water oplosbare vezels' en 'niet in water oplosbaar vezels' en in verteerbare en niet-verteerbare vezels. Soms zijn oplosbare vezels verteerbaar, soms ook niet. De samenstelling van vezels is zo gevarieerd, dat zo'n indeling feitelijk niet stand houdt. Vezels kunnen zijn opgebouwd uit niet-zetmeel-polysacchariden zoals cellulose, β-glucaan en pectine, resistente oligosachariden, resistent zetmeel en lignine.
Vezels die niet verteerd worden, worden pas in de dunne darm afgebroken en leveren een bescheiden hoeveelheid energie. Het verteren van vezel gaat hoe dan ook langzaam, reden waarom vezelrijk voedsel ons gedurende lange tijd een voldaan gevoel geven. Producten als aardappelen, bananen, bonen, brood, granen als haver en gerst, graanproducten als pasta, prei en uien bevatten relatief veel verteerbare vezels.
Vezels die niet verteerd worden, komen onverteerd in de dikke darm terecht. Daar profiteren van hun sponswerking. Omdat ze veel vocht vast houden, vergroten deze vezels het volume van de ontlasting en helpen daarmee zowel tegen obstipatie (verstopping) als tegen diarree. Bovendien bevorderen ze de beweeglijkheid van onze darmen.
Cellulose en hemicellulose zijn de niet-verteerbare bouwstoffen in vezels en komen in alle planten voor, laatstgenoemde vooral in zemelen. Pectine komt voor in fruit, zoals appels, βglucaan vooral in bonen,
De aanbevolen dagelijkse hoeveelheid vezels (ADH-2006) bedraagt 32 gram voor een volwassen vrouw, 45 gram voor een volwassen man. Hiervan is het grootste deel (circa 70%) fermenteerbaar. De European Food safety Authority (EFSA) is in haar advies van 2010 beduidend terughoudender en beveelt 25 gram per dag aan zonder onderscheid aan te brengen naar sexe.. Voor jongeren is de ADH 10 gram per dag voor babies, 1 voor peuetrs, oplopend tot 21 gram voor 15-17-jarigen.
Eet je meer vezels dan de aanbevolen hoeveelheid, geen probleem, 10 gram vezels extra verkleint het risico op darmkanker met 10% ! Er is geen ADH voor baby's, maar voor kinderen en jong-volwassenen wordt aanbevolen te rekenen met 2 gram per MJ.
Essentieel is, dat je voldoende drinkt, ook in verhouding tot je inname van vezels. Drink je onvoldoende, werken de vezels averechts!
Voedingsvezels worden in het Nederlands veelal verkort 'vezels' genoemd. De oorsprong van het woord vezels in onbekend, vermoedelijk betekende het vroeger iets 'lichts' als 'waaiende in de wind'. Het Engelse fibre zou zijn terug te voeren op het Latijnse filum, dat draad betekent. NB. Het Latijnse fissile, betekent 'gedeeld' of 'gesplitst'.